De Tour door de ogen van Janna (deel 8)

Vandaag de eerste aankomst bergop. In 2019 won de Belg Dylan Teuns (Bahrein Victorious) deze monster van een berg met de prachtige naam; de berg van de mooie meisjes. De herinneringen aan deze zege waren zo groot dat hij later terugkeerde met zijn vriendin en haar op dat gelukspunt ten huwelijk vroeg. Romantiek op haar allermooist. In 2020 was het de nog maar 21 jarige Tour debutant Tadej Pogacar (UAE) die voor zijn landgenoot Sloveense Primoz Roglic (Jumbo – Visma) op totale onverwachte wijze de gele droom verbrijzelde. Twee mooie herinneringen voor twee renners die ook vandaag weer van de partij zijn.

Vergeefse pogingen

De nervositeit is vandaag al voor de officiële start merkbaar. Pogacar is duidelijk niet blij met zijn nieuwe fiets. Er staat iets niet goed afgesteld met het zadel.

De mecanicien doet zijn werk maar na een aantal trappen is de Sloween die vandaag voor het eerst het geel draagt nog niet tevreden en opnieuw moet er gesleuteld worden.

Wanneer de vlag van de officiële start weer naar binnen wordt gehaald, stuiven de renners weg. Het lukt echter geen van de renners om een ploeg vluchters te formeren.

Na dertig kilometer ontstaat er een kans.  De Duitsers Nils Pollit en Maximilian Schachmann beiden van Bora – Hansgrohe en de Noor Edvald Boasson Hagen (Totalenergies) wagen een serieuze poging, het zal tot niets leiden. De 36 jarige Duitser Simon Geschke (Cofidis) krijgt na ruim veertig kilometer een voorsprong van 9  minuten, maar wat doe je in je eentje tegen en voortrazend peloton? Niets! Dus hoopt hij op medestanders. Na een zware inspanning is het de tijdrijder Lennard Kämna (Bora – Hansgrohe)  die nog even wat snelle suikers naar binnen werkt en voor ondersteuning zorgt maar ook deze poging mislukt. Dus blijft Geschke weer alleen over.  Inmiddels is er dan al vijftig kilometer gedemarreerd met een gemiddelde van 50 km per uur.

Het is de vroege plas – en drinkpauze waardoor de mogelijkheid wordt gecreëerd voor een kopgroep bestaande uit tien renners,. Zij krijgen de zege van het peloton.

Één van de renners is de Belg Dylan Teuns. Hij zoekt zijn eigen ritme en weet zich lang te handhaven.  Jammer genoeg blijkt hij dit keer niet over die lange adem te beschikken om zijn succes van drie jaar geleden te herhalen.

Martijn Timmermans – commentator achter op de motor – komt ogen tekort, er valt voor hem meer dan genoeg te beleven. 

Interviews

Vooraf aan deze spannende etappe worden een aantal renners geïnterviewd. o.a. aan de Britse debutant bij Ineos Grenadiers Tom Pidcock. ‘Vandaag geen dag om te pokeren.’  Dylan Teuns verklaart op de vraag hoe zijn kansen liggen dat het moeilijk is om een succes te prolongeren. Aan de onfortuinlijke gebutste en gehavende Sloveen Primoz Roglic  (Jumbo Visma) wordt naar zijn welzijn gevraagd. ‘Ik ben hier niet om te klagen maar om te vechten.’ Dat de pijn niet mee valt wil hij nog wel even kwijt. Ook Tadej Pogacar ontkomt niet aan de weinig originele vraag; ‘Wat zijn je plannen voor vandaag?’ met zijn spitse antwoord zet de Sloveen de journalist lachend op zijn plaats; ‘dat ga je wel zien op TV.’

Je eigen plaats kennen

De Vlaamse José de Cauwer is niet alleen een zeer ervaren en succesvolle voormalige wielrenner en ploegleider maar ook een geweldige analyticus. Het is heerlijk om naar hem te luisteren. Zijn wijze uitspraken en beschouwingen zijn zeer leerzaam.

Alles wordt van meerdere kanten bekeken, hij is nauwelijks betrappen op oneliners en ongenuanceerde meningen. ‘Bij het wielrennen weet je wat jouw plaats is. Het is de wet van de natuur. Dát is ook het mooie van wielrennen. In de maatschappij is dat heel anders, daar heb je zoveel mensen die niet blij zijn met hun plek en daardoor ontstaat er onvrede.’ 

Een zinderende finale

Tenslotte is er één renner die het voortouw neemt Lenard Kämna, hij zwoegt zich naar boven. ‘Op het laatste stuk met een stijgingspercentage van 24% moeten de renners over hun stuur liggen, anders vallen ze achterover’, verklaart de analist. Kämna heeft een voorsprong waarvan hij ook zelf denkt dat hij straks triomfantelijk de armen omhoog kan steken en goede zaken doet voor zijn ploeg Bora Hansgrohe.

Het is stof happen op het 900 meter lange geitenpaadje maar hij houdt vol. En dan… is het toch weer die vermaledijde Pogacar die een sprintje trekt. What the… moeten Roglic en Vingegaard gedacht hebben. Het is Vingegaard die met een enorme brutale kracht Pogacar voorbij schiet. Hij wint een aantal meters rijdt voorbij Kämna die niet weet wat hem overkomt en het lijkt erop dat de nummer twee van de Tour van verleden jaar de nummer één weet te overtroeven. Maar helaas…helaas…het is toch het geel dat juichend over de finish gaat. Waar Pogacar het vandaan haalt? Zelf verklaart hij na de overwinning dat zijn ploeg de hele dag zo hard voor hem gewerkt had dat hij hen wel met een winst moest belonen. Bovendien stond zijn vriendin Urzka Zigart hem bij de finish op te wachten en wilde hij zijn vandaag opgerichte foundation feestelijk promoten. Maar wat was het zwaar geweest. Hij prees nog nahijgend Jonas Vingegaard die hij de beste klimmer van de wereld noemde. Of de Deen op zo een antwoord zat te wachten?  De teleurstelling voor hem was zo groot… hetgeen ook telde voor Lennard Kämna. Toch blijft Vingegaard met de 35 tellen achterstand een grote bedreiging voor Pogacar en dat weet de man in het geel. De Tour liet vandaag zien dat er nog genoeg spannende dagen kunnen volgen. Want ook Roglic is nog niet klaar. Wat hij vandaag presteerde ondanks al het lichamelijke ongemak was prijzenswaardig.

janna van zon

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.