Het ene jaar is de andere niet

Het is de dag nadat het ultieme record van Merckx en Cavendish (meeste overwinningen in de Tour) verbeterd is. Het mooie van records is ook dat er altijd mooie staatjes uit voortkomen. Mark Cavendish wint in de Tour op iedere koersdag een etappe. Natuurlijk als je er 35 wint en er zijn gemiddeld ieder jaar 21 etappes, dan is de kans best wel aanwezig. Maar het is een opmerkelijk feit dat je iedere koersdag een etappe wint. Cavendish wint dus en heft het record. Je zou denken, voor hoe lang? Zal bijvoorbeeld Pogacar dat record gaan breken? Feit blijft dat het tien jaar geleden ondenkbaar was dat iemand dat record van Merckx zou verbeteren. Maar 10 jaar verder en de Manx Missile heeft laten zien dat een renner, waarvan vanaf het begin werd gezegd dat zijn motor te klein zou zijn om wedstrijden te winnen, tot dit soort aantallen in staat zou zijn. Cavendish heeft in alle drie de grote rondes etappes gewonnen (35, 16, 3). Dat maakt het tot een levende legende. Maar niet perse geliefd.

Renners die geliefd zijn, zijn vaak de renners die sociaal in het leven (lees, peloton) rondrijden. Of die een hoog “knuffel” gehalte bezitten. Renners, die niet geliefd zijn, zijn vaak toch sprinters. Dat zijn ook vaak de renners die een ‘over-mijn-lijk’ mentaliteit bezitten. Twee renners schieten daarbij direct door mijn hoofd. Dat zijn niet geheel toevallig twee Franse renners. In de 40 jaar dat ik nu met veel bewondering en fascinatie naar de Tour kijk, zijn deze twee Franse renners voor mij het summum van een onsympathieke renner:

Voeckler was een vechter, maar allesbehalve sympathiek

Thomas Voeckler is nog dagelijks te bewonderen in de Tour. Gelukkig niet meer als wielrenner, maar als bondscoach voor de wegwedstrijd. Voeckler was beroepsrenner tussen 2001 en 2017. 2004 was daarbij het jaar waarin hij pas echt opviel en dat kwam door het feit dat hij tien dagen lang de gele trui won. Deze knappe prestatie wist hij in de Tour de France van 2011 nog eens te herhalen met naar ik meen de rit naar de Galibier toe, waarin hij met enkele seconden de gele trui behield. Hij werd in de Tour van 2011 zelfs vierde in het Algemeen Klassement, wat een ongelofelijke prestatie was voor de toch niet hoogvlieger die Voeckler was. Voeckler moest het van zijn harde werken hebben. Die karakter eigenschap maakte hem ook niet echt popular bij zijn collega’s. Wat wel opmerkelijk was dat hij zijn gehele carriere reed voor de ploeg van oud-wielrenner Jean-Rene Bernaudeau, wat nu de TotalEnergies ploeg is. Naast dat hij nu bondscoach is, is Voeckler ook verslaggever van de Franse televisie. In die functie kwam Voeckler mondiaal in het nieuws, toen hij met zijn motard geletruidrager Jonas Vingegaard hinderde in de chaotische rit naar de top van de Col de la Loze.

Virenque was de CR7 van de wielerwereld

De Fransman die zodanig nog minder populair was bij collega’s, pers en aanhagers van de wielersport was Richard Virenque. Virenque was een adept van de doping wereld waar de Tour zich in de jaren ’90 en ’00 zich in bevond. Zijn bijnaam Richard Lionheart was toepasselijk, want strijden kon de Fransman wel. Hij won bijvoorbeeld zeven keer het bergklassement in de Tour de France. Wat vandaag de dag nog steeds een absoluut record is. Ook Virenque werd later onderdeel van de media als radiopresentator. De Fransman werd vaak omschreven als eindeloos ijdel, soms vreselijk verongelijkt, een leugenaar (minst vleiende), maar wel een op en top Winnaar. Ik had als toeschouwer altijd een enorme afkeer tegen Virenque. Ik vond het een gluiperd op de fiets. Ik hoopte ook altijd dat hij het niet zou halen (of het nu voor de ritwinst of winst van de bolletrui ging), maar Virenque won vaak tot mijn eigen ergernis beide. Je kan hem het best vergelijken met Cristiano Ronaldo. In Frankrijk lopen ze met hem weg. Saillant detail is dat hij nog steeds reclame maakt voor Festina (horlogemerk). Voor die ploeg reed hij langere tijd en in die tijd is ook de afkeer van vele (lees, Niet-Fransen) ontstaan. Aan Virenque kleeft het word Doping. Er is ooit een boek geschreven door soigneur Willy Voet. Die zat in de ploeg van Virenque en was degene die opgepakt werd bij de grens toen hij zijn auto tjokvol doping had. In dat boek wordt erg goed beschreven wat de rol van Virenque was. Waar Lance Armstrong al zijn resultaten kwijtraakte, daar kwam Virenque overal mee weg. Maar er was een groot verschil tussen die twee: Armstrong bekende. Bijna iedereen van de Festina ploeg in die tijd bekende, behalve….. jawel, Virenque. Je kan het slim noemen, want met zijn palmares wordt hij nog steeds in Frankrijk op handen gedragen, waar de rest van de wielerwereld hem uitkotst.

Wat gaan we vandaag voor etappe zien?

Voor de tweede keer op rij staat er een naar het uit laat zien sprintersetappe op het programma. Na de wonderlijke en unieke overwinning gister van Mark Cavendish zullen langzamerhand een aantal sprintkanonnen zenuwachtig gaan worden. Twee outsiders (Girmay en Cavendish) winnen nu een rit. Maar de echte kanonnen (Groenewegen, Philipsen en Pedersen) kwamen tot nu toe tekort. Vandaag wordt bekend of Pedersen nog wel op de fiets stapte na zijn nare val in de sprint van gister. De Deen torpedeerde de dranghekken op het moment dat Cavendish van rechts naar links vloog. Groenewegen kiest steeds het verkeerde pas en Philipsen werd gister echt op snelheid geklopt door Cavendish. Fabio Jakobsen komt op dit moment echt tekort. Dat is teleurstellend. Maar ik sluit niet uit dat we Jakobsen nog wel gaan zien in een van de komende sprints. Sprinters die in mijn ogen wel steeds van voren zitten zijn De Lie (Lotto-Destiny), Sam Bennett (Decathlon-AG2R) en Gerben Thijssen (Intermache-Wanty). Bovengenoemde renners zullen we vandaag ook zeker weer van voren zien. Het is wel opvallend dat het peloton toch op een eenvoudige wijze eventuele vluchters neutraliseerd. Een man heb ik nog niet genoemd en dat is de Winnaar van gister. Mark Cavendish moet je na de winst van gister zeker niet uitvlakken voor 1 of 2 sprints die komen gaan.

De beloning voor Groenewegen

Daar is de eerste Nederlandse overwinning door Dylan Groenewegen. Na een hele moeilijke periode haalde de Amsterdammer dan eindelijk zijn gram door de winst naar zich toe te trekken in een fascinerende sprint. Philipsen, die geweldig werd afgezet door Van der Poel, trok in een keer naar de andere kant van de weg. Daar zat Van Aert op zijn kans te wachten, die hard in de remmen moest om Philipsen te ontwijken. Dat was niet de eerste keer van de Belgische sprinter, waardoor de jury niet anders kon dan de Belg te diskwalificeren. Zodoende viel hij van plek 2 terug naar de laatste plaats. Daar had Dylan geen boodschap aan, want de smaak van de overwinning smaakte heel erg zoet. Philipsen zit nu echt in de hoek waar de klappen vallen. Vorig jaar was hij ongenaakbaar, maar dit jaar (tot nu toe) is hij verre van onoverwinnelijk. Het ene jaar is de andere niet.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.