En weer is Wout van Aert de sterkste
De 141 overgebleven renners hebben nog 108 kilometer voor de boeg. Het is de laatste etappe waar als traditie de eerste kilometers de renners zich presenteren aan de pers. Er worden ontspannen praatjes gehouden tussen de renners onderling. Mooi om te zien hoe Wout Poels aan de Tourwinnaar Pogacar vraagt of hij zijn bollentrui wil signeren. De Sloveen krijgt een pen en signeert de trui tijdens het rijden. Wout Poels rijdt – zoals het protocol voorschrijft – min of meer voor “spek in bonen” drie dagen in de bollentrui die vier dagen om zijn schouders zat. In de achttiende etappe was het de “slokop” Pogacar die de trui overnam en niet meer afgaf. Een ander mooi beeld en gebaar is van drie Slovenen, de armen om elkaar schouders. De vierde ontbrekende Sloveen – Primoz Roglic – die helaas door een val voortijdig de Tour moest verlaten, wordt alsnog geëerd door zijn rugnummer 11 te tonen.
Serieus wordt het pas wanneer de renners de Champs -Èlysèes bereiken en de massasprint aantrekken. Het gaat er direct heel hard aan toe. Mark Cavendish heeft nog maar één doel voor ogen en dat is zijn 35ste sprint winnen. Hij weet al vier keer in deze Tour een rit te winnen waardoor hij het record van de legende Eddy Merckx evenaart. Het zit er vandaag niet in. De aller-slimste en sterkste is Wout van Aert. Met deze etappe zege schrijft hij geschiedenis want een bergetappe, een tijdrit en een massasprint in één Tour winnen is maar heel weinig renners gegeven. Voor Cavendish is de teleurstelling groot. Het laatste mooie beeld van vandaag zijn de renners op het ere podium met hun kinderen op de arm die zij zo lang hebben moeten missen.
De prijs van de strijdlust
Natuurlijk wint een Fransman de prijs om de strijdlust, er zijn wel jaren geweest dat de commentatoren de prijs een farce vonden hoewel dit jaar de Belgische commentatoren de naam van de uiteindelijke winnaar; Franck Bonnamour, regelmatig noemde. Toch had wat hen betreft ook Wout Poels deze prijs mogen krijgen. ‘Hij heeft de strijd om de bollentrui kleur gegeven.’
De rode lantaarn
El Tractor – Tim Declercq weet niet of hij wel zo blij moet zijn door als laatste te eindigen waarmee voor hem de rode lantaarn is. Maar zijn trouwe fans maken er een feestje van. Zij staan aan de kant van de weg met een bord met de tekst; Rustig aan Tim , later wordt hem ook een rood wijntje aangeboden. Tot slot krijgt zelfs een klein rood lantaarntje dat hij – als vriendelijke reus – een plek geeft onder zijn zadel. ‘Kijk het lampje kan ook nog knipperen.’ wordt hem uitgelegd. Gelukkig kan hij er om lachen. Als die prijs toch voor hem is, dan maar op deze manier.
Op tijd het vliegtuig halen
Voor de absolute apotheose voor Team Jumbo Visma zorgt Wout van Aert met zijn drie fabelachtige overwinningen. Met de prestaties van Jonas Vingegaard waardoor hij als tweede eindigt op het podium van Parijs en een machtige ritoverwinning van Sepp Kuss, het duurde tien jaar voor er weer een Amerikaan een rit won, Een gehalveerde ploeg die de eerste week wordt achtervolgd door pech kan terug kijken op een geweldige Tour. Mike Teunissen die de lead-out verzorgt voor Wout denkt dat dit jaar het team nog meer indruk heeft gemaakt dan bij de Tour van 2020. ‘Heb je gehoord dat Wout je twee keer in een interview heeft bedankt voor jouw werk?’ valt in goede aarde. ‘Het was niet makkelijk omdat wij maar met z’n tweeën waren maar Wout zei; “ik vetrouw je, ga maar ik volg wel.”
Een dolgelukkige Wout; ‘Deze Tour is een roller-coaster zo te kunnen winnen – met dank aan het team en Mike – is fantastisch. Het is een mooie afsluiting. Het enige nadeel is dat ik nu veel interviews moet geven maar ook mijn vliegtuig naar Tokio moet halen.’ Een half uur later komt hij lachend en zwaaiend voorbij de Nederlandse journalisten op weg naar de volgende uitdaging; de Olympische Spelen.
De snelst gereden Tour aller tijden zit er op. Het waren drie prachtige weken!
janna van zon