Wielrentermen…. deel 1

Een van de meest leuke onderwerpen is het gebruik van wielrentermen. In elke sport heb je wel specifieke termen, waarbij je een gebeurtenis of een renner zelf kunt aanduiden met een term. De meest gebruikte term, die mijn broertje en ikzelf in het dagelijks leven vaak gebruiken is de term Linkeballen. Deze term gebruiken we vaak in combinatie op de kids. Hieronder vermeld ik de leukste, grappigste en veel gebruikte termen.

Wielrentermen worden op radio en televisie heel veel gebruikt. Vooral als oud-renners de Tour verslaan. Om de termen in de juiste context te kunnen plaatsen is het handig om enkele veel voorkomende termen te leren kennen. De term linkeballen werd eigenlijk pas bekend door de meest saaie wielrencommentator ooit, die wij (helaas) bezitten, Maarten Ducrot. Maarten Ducrot was een redelijke knecht in de ploeg Raas (Kwamtum, SuperConfex, Buckler etc.). Hij viel op door de opleiding die hij volgde. Maarten studeerde namelijk en dat moest iedereen weten. Nu is het zelfs zo erg dat Maarten met zijn partner in crime, Herbert Dijkstra (een mislukte schaatser uit het verleden), al jaren de Nederlandse televisiekijker teisteren met hun commentaar. Maarten gebruikte daarbij de term, Linkeballen graag. Wat betekent deze term eigenlijk? Linkeballen betekent niets anders als heel weinig (kop)werk doen en anderen het werk zoveel mogelijk laten doen. En het ergste is dan nog om net te doen alsof je heel erg afziet en dan toch in het wiel blijven plakken. Maarten is ook vaak een beetje aan het linkeballen, ontzettend veel en slap ouwehoeren en zelf eigenlijk niets zeggen. Een beetje linkeballen in de journalistiek.

Andere termen die vaak gebruikt worden op de televisie dan wel op de radio zijn:

Wieltjeszuiger: Dat is een wielrenner die steeds achter een andere renner aanrijdt, maar nooit de kop over neemt. Deze renner blijft maar lekker in het wiel hangen zonder een keer de wind zelf op de kop te hebben. Eddy Merckx zei vaak over Joop Zoetemelk dat Joop de verpersoonlijking was van een wieltjeszuiger.

Apotheker: Vooral 10/20 jaar geleden een zeer vaak gebezigde term in het peloton zelf. Dat is namelijk de renner die zelf in stimulerende middelen handelt. Hier haalde bepaalde renners hun doping dus bij zonder dat zij naar een vage dokter moesten gaan. Wel zo veilig om dat bij een collega-renner te doen. In de negentiger jaren stond de Italiaan Rodolfo Massi bekend als “Il Farmacista”. Maar ook Kasputis en onze eigen Michael Boogerd (voor iedereen die het boek “Thomas Dekker” heeft gelezen) hadden min of meer deze bijnaam.

De bus: een legendarisch term, die je vooral in de bergetappes tegenkomt. De Bus staat voor de groep renners die niet mee kunnen met de besten in de bergetappes. Zij laten zich meestal terugzakken en vormen gezamenlijk een groep die in een rustiger tempo naar de finish rijdt. De chauffeur van de bus is meestal een ervaren renner die het tempo zodanig regelt dat de groep nog binnen de toegelaten tijd aan de finish komt. De sprinters zijn vaak tot eigenlijk altijd wel te vinden in de bus.

Chasse Patate: Deze term was afgelopen week al een onderdeel in het programma “Tour du Jour”. Chasse Patate is de situatie waarbij een of meerdere renners uit het peloton ontsnappen om naar een kopgroep toe te rijden, maar halfweg blijven deze renners hangen. Ze komen maar niet dichterbij de kopgroep. Ze slagen er kilometers niet in om bij de kopgroep te geraken. Deze term komt uit België. Eigenlijk zoals vele termen.

Dak van de Tour: Dat is wanneer de renners het hoogste punt in de Tour bereiken qua gebergte. Vaak is dat de Tourmalet. Wat over het algemeen tot de hoogste berg in de voorbijgaande Tours werd gerekend.

Derde bal: Dan ben je als renner niet blij, als je deze term hebt. Een derde bal begint vaak met een puistje in de bilnaad dat door de druk en wrijving (van het zadel) uitgroeit tot een ontsteking ter grootte van een ei. Oscar Freire, de Spaanse veelvraat (van o.a. Rabobank) wat WK’s betreft, had hier regelmatig last van. Freire is tegenwoordig commentaar bij Eurosport.

Aan het elastiek hangen: Dat is wanneer je achterin een groep als renner fietst en op het punt staat gelost te worden. Je bijt op je tanden, ziet vreselijk af en je moet de renners voor je bijna loslaten.

Flandrien: Dat is een (over het algemeen Vlaamse) renner die houdt van kasseien en korte nijdige hellingen (geen bergen).

Geparkeerd staan: Dit is onwenselijk als je in de bergen rijdt. Dit is de renner die nauwelijks nog de berg op kan rijden en nagenoeg stilstaat.

Harken: of met de woorden van de Kneet (Gerrie Knetemann, legendarische renner uit de jaren 80) te spreken (ook wel “met het hol open rijden”); dat is als je als renner alleen maar kan zwoegen. Je ziet het eigenlijk niet meer zitten en mooi op de fiets zitten is er niet meer bij.

Hongerklop: welke renner heeft dit niet al eens ondergaan? Vaak gebeurt het omdat de renner te laat eet. Een hongerklop krijg je als je door uitputting wordt geveld door een tekort aan koolhydraten. Vaak ben je als renner al te laat. En kost het je echt minuten tijdsverlies. Alberto Contador heeft al eens vaker een hongerklop gekregen.

Als ik de termen nu zo teruglees, slaan een aantal van deze termen terug op Maarten Ducrot. Zoals derde bal; net als Maarten is een derde bal totaal ongewenst. Maar ook de term Wieltjeszuiger; je wilt graag van hem (lees Ducrot) af, maar niets lukt om dat plan te laten slagen. Later deze Tour gaan we door met de termen.

Na de rustdag van gister staat vandaag weer een nieuwe etappe op de stoep. Waren er nog opvallende zaken gebeurt op de rustdag? Nee, eigenlijk niet. Vroeger had TVM (de ploeg van Cees Priem) altijd een traditie in de Tour. TVM verzorgde namelijk altijd een mosselfeest. Vele prominenten uit de wielerwereld waren daarbij een graag geziene gast. En op de rustdag waren de transfers. Je moet dan niet denken aan de koehandel van de voetballerij, maar ook in het wielrennen is er soms sprake van transfers. Ieder jaar maken een aantal renners bekend dat zij volgend wielerseizoen rijden voor een andere ploeg. Gerucht in de Tour van gister was dat Kittel naar Katuscha zou gaan, echter zijn vriendin weersprak dat. Nee, gister was het een saaie rustdag. Iedereen leek wel bij te moeten komen van de zware dagen voorafgaand. En het was ze gegund, want er is echt kiezelhard gereden.
Opvallend wel was dat Sky geen persconferenties gaf. Het is de laatste twintig jaar niet meer voorgekomen dat de gele truidrager niet met de pers sprak. Iets zegt mij dat de spanning er bij Sky goed op zit. Dat mag vooral Aru zich aanrekenen. En ik vind het geweldig. Aru heeft aangetoond over lijken te gaan en dat moet je ook doen wil je de Tour winnen. Aru is de enige overgebleven topper, die Froome nu nog kan bedreigen en daar moeten we als wielrenliefhebber heel blij mee zijn. Of Bardet moet nog iets gaan uithalen. Die zou ook nog voor een verrassing kunnen zorgen.

Voor de etappe van vandaag verwacht ik echter geen verrassingen. Kittel is zo gruwelijk sterk op dit moment dat het wel heel gek moet lopen als hij vandaag niet weer met de bloemen staat. Maar de Tour is de Tour en deze Tour bewijst iedere dag weer dat niets beslist is en niets ook zomaar aangenomen kan worden. Mijn voorspelling voor vandaag luidt echter: 1. Kittel 2. Groenewegen en 3. Greipel


De Spaanse renner Contador, die vaak in zijn carrière te maken had met een hongerklop


Volgens Merckx de ultieme wieltjeszuiger, Joop Zoetemelk


De dodelijke saaie en totaal oninteressante commentator van de Tour, Maarten Ducrot op de achtergrond geflankeerd door de net zo oersaaie Herbert Dijkstra


Oscar Freire, bekend om zijn drie (!!) WK’s en zijn regelmatige terugkomende “derde bal”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.