De Tour door de ogen van Jeroen…..

De etappe van vandaag

Iedereen (voor de tv en de volgers) had de hoop op deze etappe gezet. Maar eerlijk gezegd, het liep uit op een deceptie. De etappe was tekort om Ineos nog pijn te doen. De teleurstelling bij mijzelf is erg groot. Ik heb een fantastische Tour gezien. Echt genoten van bijna drie weken topsport. Maar de ASO (organisatie) van de Tour hebben hun oren naar het geld (lees, INEOS – Brailsford) laten hangen. Dat de wegen onbegaanbaar waren voor de eerste twee bergen snap ik volkomen. Veiligheid voor alles. Maar als je 80 kilometer zomaar skipt in de etappe waar alles om draaide en er niets voor terug hebt geplaatst, dat is onbegrijpelijk. Natuurlijk was de verontwaardiging van Ineos gespeeld. Brailsford wilde deze oplossing. Dat bracht voor hem plaats 1 en 2 dichterbij. En zo geschiedde (helaas) ook. Bij mijzelf bespeur ik nu ook dat de ergernis (haat is een groot woord) tegen Ineos met de dag groeit. Als ik Prud’homme (de grote baas van de Tour) was geweest, had ik schijt gehad aan het geld en de beste oplossing gemaakt om het spektakel te houden.

Die oplossing was geweest als men van de overgebleven 59 kilometer een tijdrit had gemaakt. Dan was er spektakel geweest. Dan was het echt een man-tegen-man gevecht geweest. Nu was dat zeker niet meer het geval. Ineos vond het prachtig dat Bennett en De Plus zich eigen helemaal het schompus reden. Waarom vroeg je jezelf achteraf af? Want Kruijswijk was niet goed genoeg. Die kon niet meer. Die moest op het laatst zowel Bennett als Bernal laten gaan. Zelf Uran was nog sneller. Zij het maar iets. Toch heeft Kruijswijk geweldig gereden. Net als de rest van de Tour. Ik zou het ze ontzettend gunnen als zij zichzelf morgen belonen met een ritzege voor Groenewegen.

Deze Tour had een geweldige laatste etappe verdient. Niet het slappe aftreksel van vandaag. Eigenlijk was deze etappe een farce. Niemand die wilde en kon. Daar was het gewoon tekort voor. Jammer, maar helaas. Maar Ineos gefeliciteerd! Bernal is de man voor de toekomst. Een ontegenzeggelijk talent. Kruijswijk en de gehele Jumbo/Visma ploeg, jullie waren geweldig. Helaas dat Van Aert te vroeg uitviel. Dat was absoluut in het nadeel van Kruijswijk. Ook het uitsluiten van Martin sloeg nergens op. Dat raakte Jumbo/Visma harder dan Ineos. Al moeten alle renners zich wel gedragen. Maar dit was te zwaar en weer in het voordeel van de inmiddels misselijk makende Dave Brailsford. Brailsford die een beetje de Boris Johnson van het wielrennen is. Geliefd in eigen land, maar uitgekotst in de overige landen.

De laatste rit werd gewonnen door de renner die wel durfde vandaag, Vicenzo Nibali! Geweldige 50 kilometer van “de haai van Messina”! En volledig terecht gewonnen. Want aanvallend rijden wordt gelukkig nog wel beloond.

Was het maar een tijdrit geweest, dat was pas mooi geweest. Dan hadden we pas echt genoten. Net zo zeer wij dat hebben gedaan van tijdritten in het verleden…..

Het ontstaan van de Tijdrit

Normaal gesproken is de voorlaatste etappe een tijdrit. De race tegen de klok was vaak de beslissing in de Tour. Vandaag stond de beslissing in de vorm van de Tourmalet. Het was ook een reden voor Tom Dumoulin om in eerste instantie niet te kiezen voor de Tour van dit jaar. Dumoulin zag dat er te weinig tijdritkilometers aanwezig waren.

Op Wikipedia staat dat een individuele tijdrit een contre-la-montre (tegen het horloge) is waarbij een individuele renner zo snel mogelijk een parcours moet afleggen. Het is nog steeds in de Tour de meeste eerlijke etappe die er is. En wel om het feit dat een renner niet geholpen kan worden door ploegmaten. Het is een race tegen de klok, waarbij de renner alles moet geven. De individuele tijdritten zijn vaak van doorslaggevende factor binnen een ronde wedstrijd.

In 1934 stond er voor het eerst een tijdrit op het programma van de Tour. De tijdrit is door de jaren heen een zeer belangrijk onderdeel geworden. Er zijn renners die zich erop gespecialiseerd hebben. De Tourorganisatie verzon ook de klimtijdrit. Dit wordt door velen gezien als een van de lastigste onderdelen binnen een ronde wedstrijd. De eindstreep ligt dan bergop, waarbij de renner individueel zo snel als mogelijk de berg op moet rijden.
In het verleden begon de Tour met een proloog. Deze proloog is een verkorte tijdrit over maximaal 10 kilometer. De verschillen zijn echter klein en overbrugbaar. Bij een tijdrit zijn de verschillen groter. In de jaren 70 en 80 waren er zelfs tijdritten van 70 tot 80 kilometer. Hier konden de verschillen enorm zijn. Tegenwoordig is de tijdrit hooguit 40 kilometer, zodat de niet-klimmers toch nog enigszins in de buurt van de klassementsrenners blijven.

Erkende tijdrijders uit de geschiedenis van de Tour zijn:

Jacques Anquetil (Monsieur Chrono)
Anquetil was Fransman en wordt beschouwd als een van de grootste renners aller tijden. In Frankrijk wordt hij met zijn soortgenoot Hinault op een voetstuk geplaatst. Anquetil won net als Hinault 5x de Tour. Tevens won hij de Ronde van Spanje en de Ronde van Italië.
Anquetil was de eerste renner die de Tour ooit 5x won. Hij was ook de eerste renner die de 3 grote rondes op zijn naam schreef. Anquetil legde de basis van zijn overwinningen altijd in de tijdrit. Hij verwierf dan ook de bijnaam ´Monsieur Chrono’. Anquetil was na zijn carriere altijd open en eerlijk over zijn dopinggebruik. Een renner kon nu eenmaal niet zo presteren zonder doping. Hij overleed in 1987 op pas 53-jarige leeftijd.

Eddy Merkcx ( de Kannibaal)
Voor velen (zeker de Belgen) de allergrootse renner die ooit in de ronde wedstrijden heeft gereden. Merckx behaalde in zijn totale loopbaan 525 (!!) overwinningen. Een aantal wat waarschijnlijk nooit meer geëvenaard zal worden. Merckx won 5 keer de Ronde van Frankrijk, 5 keer de Ronde van Italië en 1x de Ronde van Spanje. En of dat nog niet genoeg was, werd hij ook nog eens drie keer wereldkampioen. Zijn mooiste en bekendste bijnaam is de Kannibaal. Hij liet werkelijk niets over van zijn concurrenten. Hij won zijn echte grote koers in 1967 (hij was toen 21). Maar boekte echt bekendheid in 1968 in de Ronde van Catalonië. Daar reed hij alle concurrenten op een hoop in de tijdrit. Dat onderdeel beheerste Merckx als de beste. De tijdritten waren voor hem ook het middel om de concurrentie op grote achterstand te brengen. Na zijn carrier richtte hij zijn eigen fietsenbedrijf op. Die heette dan ook Eddy Merckx Cycles.

Miquel Indurain
Mijn held en al zoveel over geschreven. Indurain was in mijn ogen de beste tijdrijder aller tijden. Er stond werkelijk geen maat op de tijdritten van de Spanjaard. Indurain zijn meest beroemde tijdrit was die van Luxemburg, waar de Spanjaard de concurrentie op meer dan drie minuten zetten. Die tijdrit staat in de boeken als de meest perfecte tijdrit aller tijden. En is een inspiratie voor vele tijdrijders die na hem kwamen. De perfecte stilstaande houding van de Spanjaard op de fiets grenste aan het ongelofelijke.

Fabian Cancellara
De Zwitserse oud-wielrenner was De tijdritspecialist van zijn generatie. De Zwitser had een forse bouw en benen die omschreven werden als boomstammen. Cancellara werd vier keer wereldkampioen tijdrijden, wat nu nog steeds een absoluut record is. Ook behaalde Cancellara twee keer de Olympische titel bij het tijdrijden. Zijn bijnaam luisterde dan ook naar ‘Spartacus’ , vernoemd naar de oersterke Romeinse slaaf. Hij won ook nog terloops zeven keer een klassieker. Wat alleen maar wil aangeven wat de veelzijdigheid is van de Zwitser.
Cancellara kon ook geweldig afdalen. De laatste jaren legde hij zich steeds meer toe op het winnen van de klassiekers, wat hem ook erg goed af ging. Op 12 november 2012 nam hij voor 6000 (!!) toeschouwers afscheid in de Arena van Gent. Bij zijn naderende afscheid hing er een zweem van speculaties over het gebruik van mechanische doping.

Bradley Wiggins
De in België geboren Britse wielrenner was een grootheid op de baan. Tijdens zijn nog lopende carriere werd de Brit geridderd tot Sir. In 2012 won de Brit de Tour van 2012, vooral door fenomenale tijdritten. De lange Brit (1.90) kon de lengte van zijn lichaam perfect omzetten in een geweldige snelheid. Daarbij werd hij geholpen door de ervaringen die hij had opgedaan op de baan. Wiggins ging pas op latere leeftijd zich toeleggen op de ronde wedstrijden.

Zijn eerste overwinning was pas in 2011 (toen was hij al 31 jaar) en behaalde hij in het Critérium du Dauphiné (wat nog altijd de opstap is voor de Tour). In 2012 won hij op de Olympische Spelen de tijdrit. Die Olympische Spelen was niet toevallig in London. In 2014 liet hij zich nog één keer zien op zijn discipline door het WK Tijdrijden te behalen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.