Etappe 1 / Tijdrit in Düsseldorf

Het gaat nu echt beginnen…. Traditioneel begint de Tour met een tijdrit. Het is ook meteen de rit waar renners in aanmerking komen voor de eerste gele trui. 

De oorsprong van de gele trui ligt in het feit, dat de organiserende krant (L’Auto), op geel papier werd afgedrukt. Soort gelijk aan de bekende roze krant in Italië van Gazetta dello Sport. De eerste gele trui werd uitgereikt in 1919.
De allereerste drager van een gele trui luisterde naar de naam van Eugéne Christophe. Knap van iemand die dat overigens uit zijn of haar hoofd wist. Al heb je grote kans dat je hoge ogen gooit met Triviant als je dit wel had geweten.
In de Tour hebben overigens alle klassementen een trui van een kleur. In de jaren 80 was er zelfs een trui voor een combinatie klassement, genaamd lapjestrui. Bernard Hinault was een van de dragers ooit van deze trui. Een trui die ook van het toneel is verdwenen is de rode trui. De rode trui was voor de renner die het best scoorde in de tussensprints.
De truien die nu nog in het Franse straatbeeld aanwezig zijn: de gele trui (van de leider in het klassement), de bolletjestrui (voor het bergklassement), de witte trui (voor de beste jongere) en de groene trui (voor het puntenklassement).

Vandaag is dus de tijdrit, voorheen ook wel proloog genoemd. Het verschil tussen een proloog en tijdrit ligt in het aantal kilometers die de renner moet afleggen. Een proloog is een korte tijdrit tot ongeveer 7 kilometer. Een tijdrit kan wel 50 tot 60 kilometer lang zijn. De tijdrit van vandaag is 14 kilometer lang. En is net lang genoeg voor de klassementsrenners om het eerste gaatje te slaan.
Om een tijdrit te kunnen winnen moet je echt een specialist zijn. Je moet als renner het vermogen en inhoud hebben om gedurende een aantal kilometers zo hard mogelijk te kunnen rijden. Nu zou je denken, dat doet toch iedereen, maar er zijn maar weinig renners die een sprint over een aantal kilometers af kunnen leggen.
Vandaag de dag is de Duitser Tony Martin een van de grootste kanshebbers. Ook omdat de tijdrit in Duitsland is en alle hoop van onze Oosterburen op hem gevestigd zijn. Zijn grootste belagers voor de eerste etappewinst zijn Primoz Roglic (van Lotto Jumbo). Deze Sloveen was een aantal jaren geleden een hele goede schansspringer voor zijn land. Lotto Jumbo is toch wel aardig kansrijk vandaag, want ook Jos van Emden zal deelnemen en zal hoge ogen kunnen gooien. Jos van Emden was de renner, die de afsluitende tijdrit won, op de dag dat Dumoulin de Giro won.

Een tijdrit is een gevecht van de renners met de meeste kracht en het grootste uithoudingsvermogen. Vaak spelen de weersinvloeden altijd een rol bij de tijdrit. Regent het laat in de etappe, dan heb je kans dat een vroeg gestarte favoriet zomaar eens de tijdrit kan winnen. Regen (zeker in een bochtig parcours) is een van de grootste spelbrekers in een tijdrit. Gelijk aan de wind, die men mee of juist tegen heeft. Laat de Tour maar beginnen. Ik ben er klaar voor, al zal ik mijn best moeten doen om vandaag veel mee te krijgen. Mijn kinderen hebben dit weekend (goed gepland 😉 hun dansoptredens. Dus dat wordt ouderwets met het oordopje in mijn oor naar hun dansprestaties kijken.

Mijn voorspelling van vandaag is 1. Roglic, met kort daarachter Rohan Dennis en Tony Martin.


de lapjestrui zoals deze in de jaren 80 werd gedragen.


Tony Martin, de hoop van de Duitsers in bange dagen vandaag


Primoz Roglic, Topfavoriet nummero uno voor mij


Jos van Emden, de grootste Nederlandse kanshebber


Chris Boardman, het engelse tijdritkanon uit de jaren 80/90

Eén antwoord op “Etappe 1 / Tijdrit in Düsseldorf”

  1. Mag dat nu wel of niet?
    De geheimzinnige bubbels op de mouwen……

    Dat de Sky ploeg niets aan het toeval overlaat is inmiddels wel bekend. Daardoor is Sky volgens velen een laboratorium ploeg geworden waaraan de renners zich moeten onderwerpen.
    Ook dit jaar is er weer veel commotie ontstaan en nu gaat het om de shirts. Omdat iedere seconde telt is er in dat Sky-laboratorium een stof bedacht waarin minuscule luchtkussentjes zijn verwerkt die rond de bovenarmen van de zo goed als doorschijnende renners zorgen voor aërodynamisch voordeel tijdens
    het rijden. Het zorgde voor commotie alom……Mag dat of mag dat niet????? De Nederlandse commentatoren – wat zijn ze toch goed in het herhalen van prietpraat- beten zich er de tanden op stuk. Een vertegenwoordiger van UCI kwam met een plausibele uitleg waar geen speld tussen te krijgen valt. Het mag! Wat niet mag is iets aanbrengen aan het tenue van de renner maar als het verweven is in de stof dan is er helemaal …….maar dan ook helemaal niets aan de hand. Ben benieuwd of de heren commentatoren vandaag iets anders weten te bedenken. Ik houd het maar op de Belgen. Verheug mij zeer over een paar uur zit ik weer geheel geïnstalleerd voor de buis.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.